Artrose van de enkel
Wat is artrose?
Artrose is slijtage van het kraakbeen in de enkel. Artrose ontstaat door het ouder worden, maar kan ook een gevolg zijn van een doorgemaakte breuk of van gewrichtsontstekingen zoals reuma of na een infectie. Het enkelgewricht bestaat uit een bovenste en onderste spronggewricht. Beide kunnen onderhevig zijn aan artrose. Bij artrose wordt het kraakbeen dunner, brokkelig of verdwijnt het volledig. De wrijving in het gewricht neemt toe waardoor er pijn ontstaat en waardoor de enkel stijver wordt. Er kan botaangroei aan de randen van het gewricht ontstaan (osteofyten) waardoor de beweeglijkheid nog vermindert.
Wat zijn de oorzaken?
In de meeste gevallen wordt artrose van de enkel veroorzaakt door een trauma in de voorgeschiedenis. Zo kan een enkelbreuk aan de basis liggen, maar is ook enkelinstabiliteit een belangrijke reden voor het ontwikkelen van artrose in de enkel. Standafwijkingen zoals ondermeer platvoeten of holvoeten kunnen ook een rol spelen. Andere oorzaken of risicofactoren zijn leeftijd, traumatische kraakbeenletsels, reumatologische aandoeningen. In sommige gevallen is de oorzaak niet duidelijk: primaire artrose.
Symptomen
Pijn, zwelling en stijfheid vormen de belangrijkste symptomen van artrose. Stappen wordt pijnlijk en in sommige gevallen is er nachtelijke pijn. Stijfheid is vaak het meest uitgesproken in de ochtend of bij het begin van het stappen en bewegen na een periode van rust (startstijfheid). Losse stukjes bot en kraakbeen (gewrichtsmuizen) kunnen blokkages veroorzaken in het gewricht die de normale enkelbeweeglijkheid hinderen. De achtervoet en de enkel kan progressief scheefgroeien bij gevorderde slijtage.
Diagnose en onderzoeken
De diagnose wordt bevestigd door een radiografie die het kraakbeenverlies toont samen met de eventuele osteofyten, botcysten en gewrichtsmuizen.
Een MRI, SPECT-CT of (belaste) CT scan kan door de arts worden aangevraagd om de diagnose te bevestigen, maar ook om de omliggende structuren mee te bekijken.
Behandeling
Niet-operatief
De behandeling van artrose van de enkel is in de eerste plaats niet operatief. Dit kan bestaan uit een schoenaanpassing, steunzolen, relatieve rust en ontstekingsremmers. De arts raadt vaak een enkelbrace aan als uitwendige ondersteuning. In sommige gevallen kan een orthopedische schoen bijkomend steun bieden en de klachten onder controle houden.
Bij opstoten van pijn voorzien we infiltraties met hyaluronzuur (gel) en/of cortisone. Een inspuiting met Plasma Rijk Plasma (PRP) is op dit moment wetenschappelijk niet onderbouw, en geven we niet als standaard behandeling voor artrose van de enkel.
In functie van de onderliggende oorzaak (standafwijkingen, instabiliteit) kan ook gestart worden met kinesitherapie.
Operatief
Kijkoperatie
Bij een beginnende artrose met losse kraakbeen flappen en gewrichtsmuizen kan een artroscopie of kijkoperatie gebeuren. Hierdoor kan de pijn en blokkage verminderen.
Correctie van standafwijkingen of enkelinstabiliteit
Wanneer een standafwijking aan de basis ligt van of meer veroorzaakt wordt door de artrose, dan kan het aangewezen zijn deze in eerste instantie te corrigeren. Zo kan een verdere progressie van de artrose worden verhinderd of vertraagd.
Soms kan het nodig zijn een standafwijking van de voet, bijvoorbeeld pes planovalgus of platvoet, te corrigeren om de overdruk in de enkel te verminderen.
In geval van enkelinstabiliteit, kan ook bij een beginnende artrose een enkelbandherstel nog aangewezen zijn.
Enkelprothese
Bij gevorderde artrose kan een enkelprothese worden geplaatst of kan het gewricht worden vastgezet (artrodese).
`De huidig beschikbare enkelprothesen bieden goede resultaten en worden vooral gereserveerd voor patiënten boven de 50 jaar. Het grote voordeel is dat de functie van de enkel kan worden behouden. In ons ziekenhuis wordt de Infinity prothese geplaatst van de firma Wright Medical – Stryker volgens een patient specifieke techniek (Prophecy).
Na de ingreep verblijf de patient 2 nachten in het ziekenhuis. De eerste 2 weken wordt er een gips voorzien waarop niet mag worden gesteund. Hoogstand is essentieel de eerste 2 weken na de ingreep om een goede genezing te bekomen en om de pijn goed onder controle te houden. Hierna wordt er overgeschakeld naar een afneembare gips of brace gedurende nog eens 4 weken. Deze kan dan 4-5x per dag worden verwijderd om onbelaste mobilisatie oefeningen te verrichten. Met de gips of brace mag er gedeeltelijk gesteund worden. Vanaf week 6 starten we met kinesitherapie en het afbouwen van de brace/gips. Zwelling en reactie kunnen gedurende enkele maanden aanwezig blijven.
Artrodese
Een prothese kan echter verslijten en zou bij jongere patiënten niet levenslang meegaan. Om die reden wordt bij jongere patiënten vaak een blokkage of artrodese van het gewricht voorgesteld. Hoewel de enkel dan niet meer kan bewegen blijft het functioneel verlies vaak beperkt gezien er reeds voordien een belangrijke spontane verstijving van het gewricht heeft plaatsgevonden door de artrose. De naburige gewrichten zullen ook soepel blijven en de functie deels overnemen.
De eerste 2 weken wordt er een gips voorzien waarop niet mag worden gesteund. Hoogstand is essentieel de eerste 2 weken na de ingreep om een goede genezing te bekomen en om de pijn goed onder controle te houden. Hierna wordt er overgeschakeld naar een gips gedurende nog eens 4 weken. Hierna wordt er overgeschakeld naar een afneembare gips of brace gedurende nog eens 4 – 6 weken. Zwelling en reactie kunnen gedurende enkele maanden aanwezig blijven.