Instabiliteit van de knieschijf

Wat is een luxatie van de knieschijf?

De knieschijf (patella) is een kleine botstructuur vooraan in de knie. Ze zit ingebed in het strekapparaat en functioneert als hefboom om de strekkracht in knie te verbeteren.

Bij het bewegen glijdt de knieschijf in een groeve op de voorzijde van het bovenbeen. Daarbij wordt de knieschijf in de groeve gehouden door de trekkracht van de quadriceps en door stabiliserende ligamenten aan de binnen en aan de buitenkant. De belangrijkste ligamentaire structuur die de knieschijf op zijn plaats houdt is het mediaal patellofemoraal ligament (MPFL).

Een luxatie of ontwrichting van de knieschijf treedt op als de knieschijf naast zijn groeve schuift.

Oorzaken van luxatie van de knieschijf.

Luxaties van de knieschijf kunnen herhaaldelijk optreden. Het risico op recidieven wordt in de hand gewerkt door verschillende factoren :

  • Ruptuur van het MPFL : Het MPFL is het belangrijkste stabiliserende ligament van de knieschijf. Indien dit ligament gescheurd is heelt het niet spontaan en blijft de knieschijf dus minder beschermd. Daardoor kunnen recidieven gemakkelijker optreden.
  • Vormvarianten van de knieschijf :
    • Patella alta : Bij deze vormvariant ligt de knieschijf hoger dan normaal ingeplant. De knieschijf moet daardoor langer naar beneden glijden voor ze echt de groeve bereikt. Het duurt daardoor langer voor de beenderige vorm van de groeve de knieschijf mee kan stabiliseren. 
    • Dysplasie van de knieschijf : Sommige knieschijven zijn minder mooi gevormd dan anderen. Ze hebben niet de mooie wigvormige achterzijde en bezitten ook een ondiepe groeve zodat de knieschijf minder goed begeleid wordt tijdens de glijbeweging die optreedt bij plooien van de knie.
    • Trekrichting van de quadriceps : De quadriceps omvat de knieschijf. Als de trekkracht van de quadriceps meer naar de buitenkant gericht is zal de knieschijf gemakkelijker uit zijn groeve komen. De trekrichting van de quadriceps meten we door het bepalen van de Q-angle. 
  • Voorgaande ontwrichting. De kans op recidieven stijgt als de knieschijf al meerdere keren geluxeerd is geweest.

Symptomen van knieschijfluxaties

Pijn, zwelling, instabiel gevoel kunnen optreden als gevolg van een ontwrichting van de knieschijf. Soms zie je dat de knieschijf echt aan de buitenkant van de knie zit op het moment van je ongeval. Op andere momenten springt de knieschijf vanzelf terug op zijn plaats na het trauma en zie je deze afwijkende stand niet.

Diagnose

In de acute situatie zie je soms de knieschijf op de buitenzijde van de knie zitten. Meestal springt de knieschijf vanzelf terug op zijn plaats als je de knie strekt maar soms laat de pijn dat niet toe.

Onze spoedartsen kunnen de knieschijf dan eventueel reduceren onder korte verdoving.

Na reductie van de knieschijfluxatie blijft je kniechirurg instabiliteit opmerken bij klinisch onderzoek. Bij de apprehensietest bijvoorbeeld kan je kniechirurg het gevoel van instabiliteit ter hoogte van de knieschijf uitlokken. 

Aanvullende onderzoeken met RX en CT worden voorgesteld om de zaak op punt te stellen.

Behandeling

De behandeling van luxaties van de knieschijf kan chirurgisch of niet chirurgisch zijn afhankelijk van de ernst van de instabiliteit en het daarvan afhankelijke risico op recidieven.

Niet chirurgische behandeling

De acute behandeling bij een luxatie van de knieschijf bestaat uit rust, ijs, immobilisatie en pijnstilling. RX opnames worden genomen om te zien of er bij de luxatie geen botfragmentjes zijn afgebroken.

Een niet operatieve houding wordt aangenomen indien je knieschijf slechts één of twee keren geluxeerd is geweest en het risico op recidieven laag wordt ingeschat.

Stretchen van de buitenste stabiliserende structuren van de knieschijf alsook gericht trainen van de binnenste spierengroep onder begeleiding van de kinesist vormt de basis van de niet operatieve behandeling. Soms wordt voor risicoactiviteiten een brace aangeraden.

Chirurgische behandeling

Als niet chirurgische behandeling niet effectief is kan chirurgie overwogen worden. Indien door de luxaties van de knieschijf bot of kraakbeenfragmenten zijn afgebroken kunnen die losse fragmenten zorgen voor blokkages in de knie. Dergelijke losse fragmenten kunnen door middel van een kijkoperatie verwijderd worden.

De verdere behandeling is er op gericht luxaties van de knieschijf te vermijden.

Meestal wordt daarvoor het gescheurde mediale patellofemorale ligament gereconstrueerd. Dit ligament wordt doormiddel van de gracilispees (één van de hamstringspezen) nagemaakt en gefixeerd in een beenderig kanaaltje in bovenbeen en knieschijf.

Indien de trekrichting van het strekapparaat van de knie afwijkend is kan dat luxaties mee in de hand werken. In die gevallen kan je kniechirurg de aanhechting van de kniepees op het onderbeen  verplaatsen zodat de trekkracht van de quadriceps (strekspier van de knie) niet langer ontwrichtingen van de knieschijf in de hand werkt. We spreken in die gevallen van een tuberositas transfer.

Wanneer kan je je activiteiten hervatten?

De eerste twee weken kan je krukken gebruiken als dat nodig is. Vrij bewegen van de knie is toegestaan na MPFL herstel en tuberositas osteotomie. Kinesitherapie is initieel vooral gericht op herstel van beweeglijkheid en souplesse. Later komen ook krachtsoefeningen aan bod.

In geval van een tuberositas osteotomie wordt meestal een afneembare gipskoker voorzien voor de eerste 4 weken.

Sportactiviteiten kunnen worden terug toegestaan vanaf 4 maanden.